Wanneer je een film kijkt over dinosauriërs, is de kans groot dat je ze ziet rondlopen in een weelderige, groene jungle vol palmbomen, varens en kleurrijke tropische bloemen. Het oogt indrukwekkend — mysterieus, exotisch en geloofwaardig. Toch klopt er iets niet. Voor botanici en wetenschappers zijn zulke scènes vaak een doorn in het oog. De plantenwereld ten tijde van de dinosauriërs zag er namelijk heel anders uit dan de tropische bossen die wij vandaag kennen.
Klimaat en landschap in de tijd van de dinosauriërs
De tijdperken waarin dinosauriërs leefden — het Trias, Jura en Krijt — bestreken samen ongeveer 186 miljoen jaar. In die enorme tijdspanne veranderde het klimaat én de flora drastisch.
Trias (ca. 252–201 miljoen jaar geleden)
Het klimaat was overwegend heet en droog. In veel gebieden kwamen woestijnachtige landschappen voor. Vegetatie bestond voornamelijk uit naaktzadigen zoals coniferen, ginkgo’s en zaadvarens. Bloeiende planten bestonden nog niet.
Jura (ca. 201–145 miljoen jaar geleden)
Het klimaat werd vochtig en warmer, met een meer tropisch karakter. Toch waren het nog steeds voornamelijk naaktzadigen die domineerden, samen met varens, paardenstaarten en clubmossen. Angiospermen (bloemplanten) ontbraken nog altijd.
Krijt (ca. 145–66 miljoen jaar geleden)
Pas laat in dit tijdperk verschenen de eerste bloemplanten (angiospermen). Denk hierbij aan primitieve vormen die nauwelijks lijken op de moderne orchideeën, palmen of bananenplanten. Het klimaat was warm en vochtig, met zelfs poolgebieden die bedekt waren met bossen — maar die bossen bestonden uit heel andere soorten dan de hedendaagse tropen.
Welke planten waren er écht?
Enkele plantengroepen die wél rondliepen met de dino’s:
Cycadophyta (palmvarens)
Deze lijken wat op palmen, maar zijn evolutionair gezien totaal verschillend. Ze zijn vaak het enige correcte detail in films — en zelfs dan worden ze soms verkeerd weergegeven.
Ginkgo biloba
Deze ‘levende fossielen’ waren al aanwezig in het Jura-tijdperk. Tegenwoordig is er nog maar één soort overgebleven, maar toen waren er vele vormen.
Araucariaceae
Deze coniferenfamilie kwam wijdverspreid voor en vormt nu nog bomen zoals de Wollemi-pijnboom en de Andesden.
Zaadvarens (Pteridospermatophyta)
Uitgestorven groep die uiterlijk op varens leek maar zaden droeg in plaats van sporen.
Clubmossen en paardenstaarten
Reuzenversies van wat wij nu als bescheiden bodemplantjes kennen.
Moderne planten als bananenbomen, kokospalmen, rubberbomen, monstera’s of orchideeën bestonden simpelweg nog niet. Orchideeën zijn bijvoorbeeld pas ongeveer 112 miljoen jaar geleden ontstaan, en de meeste soorten die wij kennen zijn pas veel recenter geëvolueerd.
Waar komt de verwarring vandaan?
De verwarring ontstaat deels uit visuele logica: filmmakers willen een "oer" en "tropisch" beeld creëren, en tropische planten zijn daarbij visueel overtuigend. Veel mensen associëren dichte, groene regenwouden met een ongerept verleden. Regisseurs gebruiken daarom vaak planten die nu in tropische gebieden groeien — niet vanwege hun wetenschappelijke correctheid, maar vanwege hun esthetische kracht.
Daarnaast spelen praktische redenen mee: tropische planten zijn makkelijk verkrijgbaar voor sets of CGI-animaties. Een Monstera of Kentia-palm staat immers al in menig kantoor, en een varentunnel is goedkoper dan het digitaal reconstrueren van een bos van reuzencycaden.
Waarom stoort dit wetenschappers en plantenliefhebbers?
Voor wie zich verdiept in paleobotanie of plantentaxonomie is deze onnauwkeurigheid storend. Het geeft een verkeerd beeld van hoe het leven op aarde zich heeft ontwikkeld. Kinderen en volwassenen nemen zulke beelden vaak aan als ‘historisch correct’. Als een educatief bedoelde film verkeerde flora toont, ondermijnt dat het begrip van evolutie, geologische tijdschalen en biodiversiteit.
Bovendien blijft het belang van planten in prehistorische ecosystemen vaak onderbelicht. Terwijl dinosauriërs de sterren zijn, blijven de planten het stil decor — terwijl zij in feite de basis vormden van het hele ecosysteem.
Kortom, de volgende keer dat u een T-Rex ziet rondstampen tussen de palmbomen en orchideeën, weet u: dit is meer Hollywood dan historie. En hoewel het filmisch misschien overtuigt, verdient de prehistorie — en haar unieke, mysterieuze flora — eigenlijk een getrouwere weergave.